Toen het kabinet op 23 maart besloot dat contactberoepen tijdelijk niet uitgeoefend mochten worden om het coronavirus onder controle te krijgen, vroeg ik me af wat dit betekende voor sekswerkers. Wat was de impact van de lockdown op de situatie van sekswerkers? Zijn er door corona zaken aan het licht gekomen die structureel niet goed zijn geregeld voor sekswerkers? En hoe gaat het nu ze sinds 1 juli weer aan het werk mogen?
Deze vragen staan centraal in een onderzoek naar sekswerk in Regio Hart van Brabant, ondersteund door ZonMw binnen de programmalijn ‘Wetenschap voor de praktijk: praktijkimpulsen en beleidsvragen’. Ik en enkele collega’s voeren het onderzoek uit in samenwerking met de Gemeente Tilburg en de klankbordgroep Seksworks, gevormd door (voormalig) sekswerkers uit Brabant.
De afgelopen jaren heb ik meerdere onderzoeken onder sekswerkers uitgevoerd. Zo keek ik naar de impact van de sluiting van het zandpad in Utrecht op de plaatselijke sekswerkers, naar de bloei van de seksindustrie in Kosovo na de oorlog, en naar de situatie van Roemeense sekswerkers die na de toetreding van Roemenië tot de Europese Unie in aanzienlijke aantallen in de straten van Rome werkten. Toen in maart de lockdown werd afgekondigd, besefte ik dat dit een unieke situatie was voor de seksbranche. Wat hebben we geleerd van de afgelopen maanden en wat kan er beter geregeld worden voor de sekswerkers als corona mogelijk weer op laait en er weer beperkingen worden opgelegd?
Kwetsbare situatie
Uit de eerste gesprekken met sekswerkers komt naar voren dat veel van hen als gevolg van de coronacrisis in een kwetsbare situatie terecht zijn gekomen. Een specifiek getroffen groep zijn sekswerkers die via opting-in actief zijn. Bij opting-in is er geen sprake van een dienstverband tussen een exploitant en sekswerker, maar van een opdracht, en is de sekswerker ook niet ingeschreven bij de kamer van koophandel. De opdrachtgever (de exploitant) houdt belastingen en premies in voor de opdrachtnemer (de sekswerker) en draagt deze af aan de belastingdienst.
Geen financiële steun
Opting-in is veelal verplicht voor sekswerkers werkzaam in een seksclub, massagesalon, privéhuis, sauna of bij een escortservice. Met de sluiting van deze bedrijven viel het inkomen van via opting-werkende sekswerkers volledig weg. En hoewel zij belasting betaalden, konden zij geen aanspraak maken op de door het Kabinet genomen economische maatregelen NOW en TOZO om banen en inkomens te beschermen omdat zij niet in loondienst werken maar ook geen zelfstandig ondernemer zijn (zie voetnoot). Ook sekswerkers die niet via opting-in werken ervoeren problemen met het aanvragen van financiële steun, bijvoorbeeld als gevolg van een taalbarrière of angst om geregistreerd te worden als sekswerker. In Regio Hart van Brabant werd daarom ingezet op het kenbaar maken van de beschikbare regelingen en op het ondersteunen bij het aanvraagproces.
Doorwerken ondanks maatregelen
Het gebrek aan financiële steun ten tijde van corona heeft een aantal gevolgen. Sommige sekswerkers hadden niet langer geld voor voedsel en onderdak. Sommige buitenlandse sekswerkers keerden terug naar hun land van herkomst. Sommige sekswerkers hebben er voor gekozen om, ondanks te maatregelen, door te werken. Sekswerkers die buiten de vergunde sector om werken bevinden zich veelal in een bijzonder kwetsbare positie. Dit was ook zo voor de coronacrisis. Zij beschikken niet over de veiligheidsbevorderende maatregelen die veelal in salons en clubs genomen worden, zoals een knop waar in geval van nood op gedrukt kan worden. Maar de kwetsbaarheid van deze groep sekswerkers lijkt tijdens de coronacrisis verder te zijn toegenomen.
Misbruik
Zo zijn er signalen dat klanten misbruik maakten van de economische nood waar veel sekswerkers mee te maken kregen. In de wetenschap dat inkomsten van de meeste sekswerkers weggevallen waren, en zij acuut geld nodig hadden, vroegen klanten bijvoorbeeld om seksuele diensten voor minimale financiële vergoeding of seksuele diensten die over de grenzen van sekswerkers heen gingen. Hierbij valt onder meer te denken aan seksueel contact zonder voorbehoedsmiddelen en een denigrerende omgang met sekswerkers. Over de impact hiervan op de gezondheid en het welzijn van sekswerkers is nog weinig bekend.
Contact opnemen
In het kader van het ‘actie onderzoek naar sekswerk in Regio Hart van Brabant ten tijde van corona’, wil de gemeente Tilburg deze signalen en andere zaken waar sekswerkers als gevolg van de coronacrisis tegenaan lopen beter in beeld krijgen en samen met hen zoeken naar oplossingen. Ben jij of is jouw organisatie of gemeente ook bezig met dergelijke vraagstukken, of zou je daar meer aandacht voor willen, laat het ons weten. Wij gaan hierover graag in gesprek. Neem contact op via: rdewildt@verwey-jonker.nl
voetnoot
1. NOW staat voor Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid en TOZO staat voor Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandig Ondernemers. Sekswerkers werkzaam via opting-in geven aan dat zij voor de coronacrisis ook al problemen ondervonden met het aanvragen van financiële ondersteuning, bijvoorbeeld bij zwangerschap of ziekte.
Dit project wordt mogelijk gemaakt door: