De visie in beleidskringen op mensen met een handicap is in Nederland in enkele decennia drastisch veranderd. De medisch-institutionele benadering van gehandicapten is ingeruild voor een visie waarbij de-institutionalisering, vermaatschappelijking en gelijke rechten de boventoon voeren. Het gebrek aan actuele informatie over deze doelgroep bleef echter bestaan. Met de wetswijzigingen vanwege de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) hebben belangenbehartigers en gemeenten meer behoefte aan concrete en cijfermatige informatie over de populatie gehandicapte kinderen.
Dit onderzoek, uitgevoerd in opdracht van de Nederlandse Stichting voor het Gehandicapte Kind (NSGK) en het Johanna Kinderfonds, medegefinancierd vanuit het project Beter in Meedoen van het ministerie van VWS, gaat in op de definiëring van gehandicapte kinderen en de gevolgen daarvan voor de gegevensverzameling over deze groep. Daarnaast geeft dit rapport op basis van verschillende gegevensbestanden een overzicht op provinciaal, gemeentelijk en wijkniveau van het aantal gehandicapte kinderen met beperkingen en de kenmerken van deze kinderen.
Zie ook www.kinderenintel.nl