Informele schulden (leningen bij vrienden, kennissen en/of familie) vormen een groeiend probleem onder zowel Nederlandse moslims als mensen met andere achtergronden. KIS deed onderzoek naar de wereld van informele schulden: wat zijn ervaringen van zowel hulpbehoevenden als hulpaanbieders, om welke redenen gaan mensen deze schulden aan, en wat zijn de gevolgen?
Meerdere instanties – zoals het Nationaal Zakat Fonds, het Samenwerkingsverband Marokkaanse Nederlanders (SMN), het Inspraakorgaan Turken in Nederland (IOT), Stichting Ocan, Buurtteams Sociaal Utrecht en de Alliantie Vrijwillige Schuldhulp (AVS) signaleren informele schulden als een groeiend probleem. Naar aanleiding hiervan vroeg het Nationaal Zakat Fonds aan KIS om onderzoek te doen.
In dit verkennende onderzoek spraken we onder andere met mensen die te maken hebben met informele schulden, het Nationaal Zakat Fonds, bewindvoerders, een budgetcoach, schuldhulpverleners, zelforganisaties (organisaties die mensen met een migratieachtergrond vertegenwoordigen) en belanghebbenden/professionals uit de sociale en filantropische sector.
Binnen de moslimgemeenschap is de groep met informele schulden heel divers: alleenstaande ouderen, (alleenstaande) moeders met jonge kinderen, vluchtelingen, statushouders, jongeren, mensen met psychische problemen, gezinnen met verslavingsproblemen en uitkeringsgerechtigden. Ook onder niet-moslims komen informele schulden regelmatig voor. Een deel van de aanbevelingen in dit onderzoek zijn dan ook breder toepasbaar.
Tweezijdige medaille
Informele schulden vormen als het ware een medaille met twee kanten. Aan de ene kant belichamen ze positieve verhoudingen: mensen kunnen lenen bij elkaar omdat er sprake is van onderlinge solidariteit. Aan de andere kant kunnen informele schulden ook negatieve gevolgen met zich meebrengen.
De schaamte en het taboe over informele schulden en de problemen die daarmee gepaard gaan, is groot. Ook de impact die informele schulden op mensen kan hebben is enorm. Opvallend is dat de hoge drempels die ervoor zorgen dat mensen niet op formele (schuld)hulpinstanties durven te vertrouwen, een drijvende kracht zijn voor het aangaan en in stand houden van informele schulden. Dit geldt niet alleen voor de Nederlandse moslimgemeenschap, maar speelt ook bij mensen met andere achtergronden die in armoede leven. Gevoelens van schaamte en wantrouwen – mede ook als gevolg van bijvoorbeeld de Toeslagenaffaire – spelen een rol. Ook het gebrek aan aansluiting bij de leefwereld en begrip voor wat leeft binnen de gemeenschap rondom (in)formele schulden is een drempel.
In schuldtrajecten wordt ingezet op formele schulden. Er is doorgaans geen oog en er zijn geen passende hulpvormen voor de informele schulden die mensen kunnen hebben. Informele schulden passen alleen in een schuldregeling als ze formeel zijn vastgelegd, bijvoorbeeld bij de notaris: maar dit is vaak niet het geval. Het is daarom belangrijk dat hulpverleners meer kennis hebben over informele schulden, en dat deze schulden in het schuldhulpverleningstraject kunnen worden meegenomen.
Aanbevelingen
In het onderzoek doen we aanbevelingen voor ministeries, gemeenten en andere stakeholders, waaronder zelforganisaties, formele (schuld)hulpinstanties, vrijwilligers, beleidsmakers en professionals.