Nederland telt naar schatting 12.000 tot 15.000 hoger opgeleide vrouwelijke vluchtelingen. Velen komen uit Irak, Iran, Somalië, Afghanistan, voormalig Joegoslavië« en de vroegere Sovjet-Unie. In het land van herkomst hebben zij veelal een goede opleiding genoten en werkervaring opgedaan. Toch vinden zij bij het meedoen in de Nederlandse samenleving tal van belemmeringen op hun weg. Werk vinden, een (aanvullende) opleiding volgen, het deelnemen aan maatschappelijke organisaties én het combineren van deze activiteiten met zorgtaken blijken niet altijd eenvoudig. De werkloosheid bij hoger opgeleide vrouwelijke vluchtelingen is bijgevolg hoog. Ook in het onderwijs en het vrijwilligerswerk is hun deelname minder dan zij zouden willen.
Dit rapport inventariseert de kansen en belemmeringen die hoger opgeleide vrouwelijke vluchtelingen tegenkomen bij het vinden van werk. Het vormt het vooronderzoek van het project Barrière of Carrière? dat tot doel heeft de maatschappelijke participatie van deze groep vluchtelingen te vergroten.
Het rapport behandelt enkele in het oog springende kenmerken van hoger opgeleide vrouwelijke vluchtelingen en gaat vervolgens in op de rol die maatschappelijke organisaties (kunnen) spelen bij de maatschappelijke participatie van deze veelbelovende groep. De resultaten van dit vooronderzoek worden gebruikt in het vervolg van Barrière of Carrière?: gerichte inspanningen in een aantal gemeenten om barrières te slechten en de kansen van hoger opgeleide vrouwelijke vluchtelingen te vergroten.