Over de leefsituatie van de plattelandsbevolking is in de afgelopen jaren wel kennis vergaard. Maar hoe het bepaalde delen van die bevolking vergaat, is grotendeels onbekend terrein. Het onderzoek in de gemeente Midden-Drenthe heeft zich in het bijzonder op minima gericht. Meer dan honderdvijftig personen zijn intensief geïnterviewd over tal van onderwerpen.
Het leverde inzichten op zowel in de breedte als in de diepte. Wat betekent voor hen het wonen op het platteland en wat vinden zij van de voorzieningen? Kunnen zij rondkomen en spelen netwerken een rol? Welke problemen heeft men zoal en wat zijn hun ervaringen met instanties? En bovenal: wat zou er in hun ogen moeten veranderen? De uitkomsten laten onder meer zien dat de geïnterviewden op het eerste gezicht tevreden zijn over het leven dat men leidt. Die tevredenheid blijkt echter een dunne schil. Daaronder schuilt een leven dat bepaald wordt door geldgebrek en uitzichtloosheid. Over de hulpen dienstverlening van instanties laat men zich soms zeer kritisch uit.