Het is lastig om in de huidige woningmarkt een gepaste woning te vinden. Bijvoorbeeld voor starters, maar ook voor woningzoekenden die een groter risico hebben gediscrimineerd te worden. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) zet zich in om woondiscriminatie tegen te gaan. Dit doet BZK onder andere via jaarlijkse monitoring en onderzoek. De landelijke monitor discriminatie bij woningmarktverhuur is dit jaar voor de derde keer uitgevoerd. Het Verwey-Jonker Instituut heeft de monitor nu voor de tweede keer, in opdracht van BZK, gerealiseerd.
Voor deze derde monitor is van januari 2023 tot april 2023 op ruim 3.000 huuradvertenties van woningsite Pararius gereageerd uit naam van fictieve woningzoekenden. Wij onderzochten of er sprake was van discriminatie richting profielen met een Marokkaans of Pools klinkende naam, vrouwen met een Nederlands-klinkende naam (gender) en profielen waarbij het ging om een homoseksueel stel (seksuele voorkeur). Daarnaast onderzochten wij door middel van ongeveer 200 zogenaamde mystery calls de bereidheid van verhuurbemiddelaars om mee te werken aan een discriminerend verzoek van een fictieve verhuurder.
Uit de monitor 2023 blijkt dat er in Nederland nog steeds sprake is van discriminatie bij het verkrijgen van een huurwoning aangeboden door een private verhuurder. Met name buiten de vier grootste steden van Nederland hebben mensen met een Marokkaans klinkende naam nog steeds significant minder kans om uitgenodigd te worden voor een bezichtiging van een huurwoning. Wel is de netto-discriminatiegraad gedaald ten opzichte van vorig jaar. In de vorige landelijke monitor (2021/2022) gold namelijk een significant lagere uitnodigingskans voor alle onderzochte profielen met niet-Nederlands klinkende namen.
Verder zien we dit jaar bij de Pools klinkende mannennaam een kleinere kans op uitnodiging, maar dit verschil is niet significant. Ook voor de homoseksuele mannenkoppels en personen met een Nederlands klinkende vrouwennaam zien we geen significante ongelijke behandeling. Over het algemeen zien we in de correspondentietesten landelijk, minder discriminatie in deze eerste fase van het verhuurproces dan in 2021/2022.
Verder volgt uit deze monitor dat een groot deel van de woningbemiddelaars nog bereid is om (bewust) mensen met een niet-Nederlandse achtergrond direct of indirect uit te sluiten voor verhuring wanneer een verhuurder daar om vraagt. Wel is het aandeel van de gesproken verhuurbemiddelaars dat niet expliciet tegen het discriminerende verzoek ingaat en daarmee direct óf indirect meewerkt aan discriminatie in 2023 gedaald ten opzichte van de vorige landelijke monitor (2021/2022).