Een grote mate van verscheidenheid aan culturele achtergronden is voor een groot deel van de Nederlandse samenleving een alledaagse realiteit. Dit geldt met name voor de jongere generaties in grote en middelgrote steden. Deze verscheidenheid leidt niet vanzelfsprekend tot verbinding tussen verschillende groepen in de samenleving.
Uit onderzoek is bekend dat onder jongeren met verschillende etnisch-culturele achtergronden sprake is van segregatie en groepsvorming (Platform JEP, 2019). Daarbovenop komt dat jongeren en ouders steeds eerder kiezen voor een school met leerlingen met dezelfde achtergrond (Sovago, 2019). Zo heeft het basisonderwijs de laatste decennia doorgaans te maken met ‘de witte vlucht’. Het risico van segregatie is dat verschillende groepen kinderen in de samenleving elkaar minder tegenkomen en in gescheiden werelden opgroeien.
De Onderwijsraad is de afgelopen jaren kritisch geweest over de bijdrage van het onderwijs aan het bevorderen van sociale cohesie onder jongeren. In meerdere rapporten waarschuwt de Onderwijsraad voor de toegenomen segregatie in het onderwijs en onvoldoende aandacht die het onderwijs heeft om jongeren dichter bij elkaar te brengen (Onderwijsraad, 2019). Volgens het Sociaal Cultureel Planbureau is onderwijs bij uitstek de plek waar kinderen uit verschillende sociale milieus elkaar kunnen ontmoeten.
Kennisplatform Inclusief Samenleven (KIS) beschrijft in dit rapport de randvoorwaarden, werkzame elementen en contraproductieve elementen die voortvloeien uit een select aantal initiatieven op het gebied van tegengaan en/of verminderen van segregatie in het onderwijs.