Het aantal vrijwilligers in Nederland daalt de afgelopen jaren in een rap tempo. Dit terwijl vrijwilligers cruciale krachten zijn voor het voortbestaan van onder meer sportverenigingen, culturele evenementen, mobiliteit van het platteland en onderhoud aan de natuur. Deze vrijwillige inzet is niet zomaar te vervangen door betaalde krachten. Met het afnemen van het aantal vrijwilligers staan overheid en samenleving daarom voor grote uitdagingen.
Ook in de provincie Overijssel is deze trend zichtbaar. Naar aanleiding van een motie van de Provinciale Staten voerde het Verwey-Jonker Instituut een verkennend onderzoek uit naar de knelpunten rondom vrijwilligerswerk én de oplossingen die vrijwilligersorganisaties zelf aandragen om vrijwilligerswerk te stimuleren.
Nieuwe generatie vrijwilligers
Uit het onderzoek blijkt dat een generatie trouwe vrijwilligers afscheid neemt en plaats maakt voor een groep jongere vrijwilligers die zich met name kortdurend, projectmatig inzet. Ook hechten zij veel waarde aan zingeving en zijn moeilijker te werven voor onder andere bestuursfuncties. Tegelijkertijd hebben organisaties juist behoefte aan een nieuwe generatie krachten die zich langdurig inzetten, in een steeds complexere context van wet- en regelgeving.
Deze ontwikkelingen vragen om meer dan simpel bijsturen en is te typeren als een transitie: een fundamenteel proces van verandering. Zoals elke transitie gaat dit gepaard met weerstand. (Vrijwilligers)organisaties zijn gebaat bij verbinding, uitwisseling en ondersteuning.
In het rapport geven we aanbevelingen aan de provincie om deze transitie van vrijwilligerswerk te ondersteunen.