Ondermijning verwijst naar problemen in de samenleving waar moeilijk grip op is te krijgen. Vooral de infiltratie van georganiseerde illegaliteit in reguliere structuren baart zorgen.
De ondermijnende (drugs)criminaliteit vindt zijn voedingsbodem in stadswijken waar problemen van armoede, achterstand en achterstelling zich opstapelen. En draagt vervolgens ook bij aan de verdere verloedering daarvan. Louter handhaving en opsporing schieten hier tekort; ook een sociaal offensief is noodzakelijk.
In dit essay wordt het belang van een tweeledig offensief beargumenteerd, waarmee de bestrijding van ondermijnende criminaliteit samengaat met een positieve stedelijke ontwikkeling. Een sociaal-maatschappelijk offensief past bij de Nederlandse traditie van stedelijk beleid, waarbij we de fouten het verleden moeten vermijden en tevens kunnen leren van het buitenland. Er worden acht uitgangspunten geformuleerd voor de vormgeving van een nieuwe strategie tegen ondermijning.